De yogastudio behalen geeft me het gevoel heel wat te hebben bereikt. Net iets te trots loop ik naar binnen. Het meisje achter de balie kijkt me verrast aan, waardoor bij mij de twijfel toe slaat. Ik ben toch niet te laat?! “Oeh ja de les is eigenlijk al begonnen”.
Ik schrik van mezelf, want nog voor ze de zin heeft afgemaakt, voel ik me opgelucht. Veel te opgelucht. Terwijl zíj moeite doet om mij de les in te krijgen, heb ík me er lang bij neergelegd. In mijn hoofd bedenk ik wat ik met de gewonnen tijd ga doen. Maar het moge duidelijk zijn dat niet iedereen zich zo snel gewonnen geeft.
Gehaast loop ik achter haar aan. Als een debiel trek ik mijn jas en trui uit en gooi ik mijn sleutels en andere spullen in de gang. Het is haar gelukt; de deur gaat open en mijn yogales gaat echt beginnen.
Zodra ik de zaal binnen stap, besef ik me dat ik letterlijk geen idee heb voor welke les ik mij heb ingeschreven. Stiekem hoop ik op een ying-lesje. Lekker lang in 1 houding. Niet te actief. Maar goed, ik weet inmiddels dat de dingen niet zo makkelijk gaan. Inderdaad, dit heeft meer iets weg van een strong flow core killing work out.
Oh mijn god wat gaat dit stroef. En wat is het hier warm. Gretig grijp ik naar mijn fles knullige bidon. Half leeg. Lekker dan. Ik draai de fles open en neem een grote slok. Gadverdamme wat smaakt dit vies. Hoe lang stond dit flesje al naast mijn bed?! De les is nog maar net begonnen en ik sta al weer tien nul achter.
Kramp, verzuring en pijn wisselen elkaar in razend tempo af. Ik voel me oud, stijf en totaal niet gemotiveerd. Elke houding kost me moeite en mijn focus is ver te zoeken. Gedachten vliegen voorbij. Zal ik mijn water bijvullen. Stoppen en weg gaan. Nee dat kan echt niet. Maar dit kan ook niet. Hoe moet ik verder. Waarom is dit zo zwaar. Die verzuring. Het houdt niet op. Hoe lang nog? Waarom hangt hier geen klok? Dorst. Gigantische dorst. Toch maar een slok? Kan je ziek worden van oud water? Vermoeid kijk ik om me heen, maar niemand lijkt met dezelfde innerlijke strijd bezig te zijn. 40 minuten lang wordt ik in elkaar geslagen door mijn eigen gedachten. Een mentale marteling.
Ik strompel de zaal uit, pak mijn spullen van de grond en loop langs de balie waar het aardige meisje vriendelijk naar me lacht: “Blij dat je toch nog binnen bent gekomen?” Je hebt geen idee.
Eenmaal op de fiets ben ik blij dat ik eindelijk even tot mezelf kan komen. In totale vrede en mentale rust fiets ik naar huis. Ah heerlijk even niks aan mijn hoofd.