Woman.
De zee was nog nooit zo diep. Nog nooit zo helder blauw.
Er is geen bodem te bekennen.
Er is zelf geen vis die zwemt.
Er is alleen maar water.
Blauw helder water.
Als ik links kijk. Rechts kijk of vooruit kijk.
Ik zie alleen maar die heldere zee.
Ik probeer te zwemmen.
Waarheen? Ik heb geen idee.
Ik beweeg mijn armen. Ik trappel met mijn voeten.
Maar ik zie nog steeds alleen maar die blauwe diepte.
Oneindige blauwe diepte. Ik kijk weer links, rechts en vooruit.
De diepte is oneindig. En het water ontembaar.
Zo ontembaar, dat ik het voel prikken aan mijn ogen.
En oceanen laat stromen over mijn wangen.<