Wat staat mij te wachten? Deze vraag stel ik mezelf erg vaak de laatste tijd (en ik weet dat ik niet de enige ben). Ik wacht op het moment op het beslissende woord over mijn eindexamens. Gaan ze wel of niet door? En als ze doorgaan: hoe, waar en wanneer zullen ze dan plaatsvinden? Ik wil niets liever dan dit jaar mijn MBO-diploma behalen; en nu is de tijd om mezelf hiervoor klaar te stomen. Maar in plaats daarvan zit ik onderuitgezakt op de bank. Het niet weten zorgt de laatste weken namelijk voor een compleet verlamd gevoel. Er gebeurt zoveel in mijn hoofd, dat de rest van mijn lichaam is uitgeschakeld.
Ik ben altijd iemand geweest die het fijn vond om te weten wat er op haar afkwam. De orde in mijn leven schept veel rust in mijn hoofd. Als kind maakte ik, met het halve uur computertijd dat ik kreeg, Excel sheets voor de huishoudelijke taken. En op het moment spendeer ik veel vrije uren aan het schoonmaken en opruimen van het huis. Zo creëer ik ademruimte voor mezelf. Ruimte die hard nodig is, want ik laat me momenteel veel te veel leven door sociale media, het nieuws, de persconferenties en de debatten. Ik voel me bijna schuldig als ik het niet allemaal tegelijk volg.
Maar als ik er wel naar kijk, voel ik me vervolgens ook slecht. Het lijkt wel alsof ik nooit kan winnen.
Ik voel me verslagen, machteloos en angstig. Ik weet dat ik momenteel niet in staat ben om alles te geven. Hoe moet ik dan eindexamen doen? Gewoon slagen is namelijk niet goed genoeg, ik moet alles eruit halen wat erin zit. Zo dicht bij perfectie komen als mogelijk. Maar goed, misschien gaan de examens niet eens meer door. Niks is zeker op het moment. Het is één van mijn grootste nachtmerries: mijn toekomst wordt momenteel bepaald door anderen en ik heb er geen enkele zeg over.
En daar bovenop kan ik ook nog eens nergens anders op focussen. Een beslissing waar ik niks mee te maken heb; en toch denk ik er 24 uur per dag aan. Dit jaar zou ik eindelijk mijn startkwalificatie halen. Na drie jaar hard werken en een heleboel huilbuien, komt er nu misschien niet eens een diploma-uitreiking. Hoe kan je ook je mijlpalen vieren, wanneer de hele wereld in brand staat? Zo zou het niet moeten zijn. Maar toch wil ik mijn diploma écht overhandigd krijgen, in plaats van door de brievenbus. Anders was het allemaal niet echt. Hoeveel zijn je meest waardevolle momenten nog waard als je ze niet kunt delen? Als je eindelijk dat papiertje hebt en je het niet buiten kunt vieren?
Ik wil het niet weten, maar ik vind het oneerlijk dat ik er misschien toch achter ga komen.
Ik zou me eigenlijk moeten inschrijven op een vervolgopleiding. Of me op zijn minst moeten verdiepen in wat ik hierna zou willen doen, wanneer ik die diploma binnen heb. Maar ik kan de kracht er momenteel niet voor vinden. Hoe kan ik kijken naar de toekomst, als morgen niet eens zeker is?
Er is mij verteld dat ik morgen meer weet. Die gedachte maakt me doodsbang en opgelucht tegelijkertijd. Ik ben bang voor wat de uitslag kan zijn, maar blij dat ik niet langer onwetende zal zijn. Wat er ook gezegd wordt, ik kan het daarna in ieder geval echt gaan verwerken. En ik hoop dat die verlossende woorden mijn lichaam weer tot leven wekken.