In de eerste weken dat ik mijn volledige vrijheid terug had vond ik dat extreem onwennig. Ik ben nooit topsporter geweest, maar nu ik vier maanden van zo’n leven had geproefd, voelde het veilig. Alle ruis in het leven en de wereld valt weg. Er is geen tijd voor de meeste dingen die het doel niet dienen en geen speling in de agenda. Geen alcohol, die grenzen doet vervagen.
Het is een duidelijk, doelgericht en daardoor veilig leven. Een nostalgische regressie naar een tijd dat je vroeg naar bed moest, vroeg wakker was en je weinig eigen onhandige keuzes kon maken of andere verantwoordelijkheden had.
Misschien klinkt het gek om een leven met drie of vier spartrainingen per week “veilig” te noemen, maar dat is een ander gesprek.
Het loslaten van alles, van het “regime”, was spannend en ik betaalde meteen de rekening van grenzeloosheid met een afschuwelijke kater en een week met minder energie, herstellende daarvan. Eigenlijk wilde ik nog steeds gefocust zijn, veel trainen, helder leven.
Maar aangezien elk mens een vat vol tegenstellingen is, ben ik daarop geen uitzondering.
Ik ben dol op rust, reinheid en regelmaat, maar wil ook keihard uit die routine springen, met grote regelmaat, het leven bij de ballen grijpen en alles meemaken. Dat is misschien ook wel waarom ik de route nam naar een bokswedstrijd.
Het was na de wedstrijd even zoeken naar een balans van nog steeds lekker veel trainen en regelmaat, maar ook ruimte voor spontaniteit en uitspattingen, voor onverstandige keuzes, de kruiden die het leven op smaak brengen.
Het gaat op dit moment nog alle kanten op en ik ben anders naar bijvoorbeeld alcohol gaan kijken. Tijdens het trainingstraject heb ik met ook iets meer verdiept in wat het met je lichaam doet en ik kan nooit meer hetzelfde kijken naar een glas wijn op een random dinsdag. Ik heb het verschil gevoeld, de ontwenning meegemaakt. Ik ben niet klaar om er helemaal afscheid van te nemen, maar m’n relatie met een goedje is veranderd.
Eerlijk gezegd zit ik twee en een halve maand later nog midden in de zoektocht en zijn er weken dat ik denk “we moeten leven!” en ik overal bij wil zijn en weken dat ik alleen maar wil trainen, werken, slapen en niemand wil zien.
In een gat ben ik in alle gevallen niet terecht terecht gekomen. Die vraag werd bijna dagelijks op me afgevuurd. Waarschijnlijk alleen gesteld door mensen die me niet zo goed kennen. Ik vind mijn hele leven al altijd iets om me mee bezig te houden. Soms iets groots om me in te storten, maar vaak iets kleins en op allerlei vlakken. Verveling is me vreemd.
Wie weet ga ik in de toekomst nog eens deze uitdaging aan, maar voorlopig ga ik balanceren, zoeken naar de beste verhoudingen, een betere bokser worden en m’n tanden zetten in alles dat op pauze stond.
By columnist Marije Boomsma, onze paradijsvogel, die vaker voor Tittymag schrijft over het leven, rust, orde en soms regelmaat! Deze keer over de aftermath van haar geweldige boksavontuur!