Hoe inclusief is de kunstwereld? Een belangrijk onderwerp waar veel over gezegd kan, én moet worden. Wij gaan erover in gesprek met de mensen die hier middenin zitten: van kunstenaars, directeuren en conservatoren tot galeriehouders. Deze week: Romy van Eijk van het kledinglabel Logocomo.
Ongeveer 8 jaar geleden startte Romy van Eijk het kledinglabel Logocomo.
“Ik begon parttime en klein met Logocomo omdat ik niet goed kan kiezen, ik vind heel veel leuk en doe graag veel verschillende dingen. Nadat ik Logocomo begon heb ik een zeemeerminnen-uitzendbureau (De Rotterdamsche Viswijven) en een performance agency (House of Ghod i.s.m. Maritte Joseph) opgericht. Ik deed veel kostuum- en decor projecten. Dus ik werkte wel fulltime maar dan binnen verschillende bedrijven, en omdat Logocomo helemaal van mijzelf is had dat vaak minder prioriteit dan projecten met harde deadlines. Sinds een jaar of twee, sinds covid, vielen er veel opdrachten weg en ben ik goed gaan kijken wat ik nog wél kon doen: Mn Logocomo-kledinglabel nieuw leven inblazen, maar dan wel op een zo duurzaam mogelijke manier, met alleen kledingoverschot en stofrestanten.”
Hoe ben je in de creatieve sector beland?
“Tien jaar geleden ben ik afgestudeerd aan de Willem de Kooning Academie. Daarna heb ik lang in de horeca gewerkt, waar een hoop mensen werkten die ook bezig waren in de creatieve sector. In het begin heb ik vaak kostuums gemaakt voor die collega’s en zo is het balletje gaan rollen.”
Hoe ben je uiteindelijk op het idee voor de collectie Logocomo X Kledingbank Rotterdam gekomen?
“Ik vind mode heel erg leuk, maar vaak straalt de modewereld an sich niet echt ‘plezier’ uit. De modewereld vind ik een beetje ongezellig en op een bepaalde manier leeg, het gaat naar mijn idee te veel over consumeren en te weinig over mensen. Toen de pandemie begon en vielen er veel kostuumopdrachten weg. Dat was het moment dat ik na ging denken over wat ik nog wél kon doen.
Wat is jouw missie?
“Ten eerste wil ik fair fun fashion voor iedereen, en daarnaast wil ik helpen verschillende bevolkingsgroepen zichtbaarder maken en dichter bij elkaar brengen. Als je net zoals ik uit een situatie van privilege komt; genoeg geld, wit, ik kan makkelijk leren, blijf je makkelijk in die bubbel hangen. Vaak denken we: bij mij gaat het prima en ik hoef niet per se te weten hoe het met andere groepen gaat. Maar er is nog een hele wereld om ons heen met zóveel interessante persoonlijkheden.
Het lijkt mij daarom mooi als mensen elkaar leren kennen buiten de groepen waar ze zich in begeven. Het project met de Kledingbank omvat daarom meer dan kleding; we hebben een aantal vrijwilligers geïnterviewd over hun leven en hoe ze bij de Kledingbank terecht zijn gekomen. Die verhalen zijn (online) te lezen in verschillende talen om zoveel mogelijk mensen te kunnen bereiken en bewustwording te vergroten dat er ook veel niet-Nederlands sprekende mensen in Nederland wonen. Daarnaast zijn de modellen voor de fotoshoot allemaal vrijwilligers van de kledingbank. Daarmee hoop ik dat bij te dragen aan het idee dat je niet jong of dun o.i.d. hoort te zijn om kleurrijke kleding te dragen of om fotomodel te zijn , je bent net zoveel waard als ieder ander. Ik denk dat ik vooral graag wil helpen de denkbeeldige regels te doorbreken over ‘hoe het hoort’. Die bestaan echt alleen in ons hoofd”
Zijn er mensen die je inspireren in het werk dat je maakt?
“Jan Hoek vind ik geweldig – ik ben fan van zijn approach van verschillende groepen bij elkaar brengen. Hij haalt allemaal kunstenaars van verschillende lagen uit de bevolking bij elkaar. Ook vind ik het kinderlijke en rauwe van zijn werk leuk. Alok Vaid Menon inspireert me heel erg door diens stijl en activisme, hen laat een prachtig ideaalbeeld zien van dat iedereen eruit zou moeten mogen zien zoals hij/zij/hen wil. Maar vaak krijg ik de inspiratie voor mijn collecties ook uit de stoffen die ik vind.”
Hoe inclusief is de modewereld volgens jou op dit moment?
“Ik moet eerlijk zeggen dat ik me niet zo in de modewereld begeef, maar er is duidelijk nog veel te behalen op het gebied van duurzaamheid en inclusiviteit. Als je bijvoorbeeld als groot merk allemaal mensen van kleur op de cover hebt staan, maar vervolgens achter de schermen weinig mensen van kleur hebt werken, hoe inclusief ben je dan eigenlijk? Dat vind ik een interessante discussie. Het zou natuurlijk in elke laag van het bedrijf inclusief en gelijkwaardig moeten zijn. Ik probeer zelf zo inclusief mogelijk te werken, omdat ik een eenmanszaak heb doe ik dat door bewust stagiaires aan te nemen van verschillende achtergronden, voor shoots en events probeer ik zo divers mogelijk te casten om zo een goede afspiegeling te krijgen van de maatschappij. Met iedereen waar ik mee samenwerk spreken we regelmatig over inclusiviteit en bewustwording om zelf te groeien.
In de kunstwereld heb ik wel het gevoel dat er van alles aan het veranderen is. Vooral als ik kijk naar de lancering van de nieuwe Nederlandse kunstkalender 2022 stemt het me positief. Daar kozen de nieuwe curatoren voor diversiteit en representatie in de mensen die zij selecteerden. Dat is goed om te zien natuurlijk. Maar ik weet niet in hoeverre mijn beeld strookt met de werkelijkheid. Ik lees veel over kunst en diversiteit en volg ook veel accounts op dat gebied dus het zou goed kunnen dat ik denk dat het de goede kant op gaat maar misschien is dat het topje van de ijsberg en zoek ik gewoon op wat ik wíl zien. Het lijkt me voor deze vraag dus ook een heel goed idee om met mensen van kleur te spreken die daadwerkelijk in de kunstwereld werken en die het zelf ervaren.”
Benieuwd naar de collectie Kledingbank Rotterdam x Logocomo?
Je checkt het hier!
BEELD: Florine van Rees